Wat ligt er nu weer bij mij? Was het een vogel? Was het een vliegtuig? Ik geef je een, een, eum, auto! Zo eenvoudig is That’s not a hat. Kan jij als beste onthouden welke voorwerpen ondertussen bij wie liggen en bij jou terecht komen? Dan win je That’s not a hat!
Zin in een eenvoudig maar fun partyspel? Lees dan vooral verder! Schud de kaarten en geef elke speler 1 startkaart. Deze kaarten worden even open vóór elke speler gelegd zodat iedereen goed kan zien wie welk voorwerp heeft. Daarna worden deze kaarten gedekt gelegd. De resterende kaarten vormen een trekstapel in het midden van de tafel. Op de voorkant van elke kaart staat dus een voorwerp, op de achterkant staat een witte of zwarte pijl die naar links of rechts kan wijzen.
De startspeler trekt de bovenste kaart van de trekstapel, laat het voorwerp aan iedereen zien en geeft deze kaart gedekt door volgens de pijl op de achterkant. Hierbij zegt hij: “ik geef je een (zelf in te vullen)”. De speler die de kaart ontvangt, heeft nu 2 keuzes:
de kaart aannemen: de speler die de kaart krijgt, gelooft dat het genoemde voorwerp effectief het voorwerp op de kaart is. Hij legt de kaart gedekt en zonder te kijken/controleren voor zich neer, neemt de andere kaart die voor zich ligt en geeft deze gedekt door volgens de pijl op de achterkant. Hierbij zegt hij: “ik geef je een (zelf in te vullen)”.
de kaart afwijzen: de speler die de kaart krijgt, gelooft dat het genoemde voorwerp niet het voorwerp is dat op de gekregen kaart staat. Hij mag zeggen dat hij de kaart afwijst en hoeft daarbij niet te zeggen welk voorwerp het dan wel is. De kaart wordt open gedraaid. De speler die ongelijk had, legt de kaart open voor zich neer als minpunt. Deze kaart is nu niet meer in het spel.
Wie het minpunt heeft gekregen, trekt een nieuwe kaart van de stapel, laat deze aan iedereen zien en geeft deze weer op dezelfde manier, volgens de pijl, gedekt door zoals aan het begin van het spel. Het spel eindigt wanneer iemand 3 minpunten heeft. De persoon die op dat moment de minste minpunten heeft, heeft het beste geheugen en wint That’s not a hat!
Mijn mening over That’s not a hat?
In de auto speelden we vroeger vaak het woordspelletje “ik ga op reis en ik neem mee…”. Proberen te onthouden wat er nu weer allemaal de revue is gepasseerd en dat dan correct proberen doorgeven aan de volgende. In die optiek moet je ook That’s not a hat zien: proberen te onthouden welke voorwerpen je hebt zien passeren en waar die zich op elk ogenblik bevinden. Veel moeilijker dan je denkt! Maar dat geeft nu net hilarische taferelen wanneer mensen er rotsvast van overtuigd zijn dat een bepaald voorwerp wel of niet correct aan hen is doorgegeven. Of wanneer ze al na 30 seconden niet meer weten welk voorwerp ze zelf voor zich hebben liggen en moeten doorgeven. En dan is het van belang dat je goed kan bluffen en zonder verpinken in volle overtuiging zegt: “dit is een (zelf in te vullen)”.
Ik ben eigenlijk helemaal geen fan van party-spellen. Maar dit spel vind ik desondanks dus wel een luchtige topper! De regels zijn in 1 minuut uitgelegd en het kan echt niet eenvoudiger. Je verdient strafpunten in dit spel, maar eerlijk gezegd is winnen of verliezen helemaal niet van belang: het is gewoon een heerlijke, hilarische, genietbare chaos! Als je Beverbende (klik hier voor de review) een leuk spel vindt, dan denk ik dat je That’s not a hat ook een fijn spel zal vinden.
Het doosje zegt 3 tot 8 spelers, maar ik vind dat je met ten minste 5 spelers moet zijn om de heerlijke chaos tot zijn recht te laten komen. Met 3 of 4 spelers is het nog te doen om alles te onthouden en als er dan 1 persoon is met een prima geheugen, dan is de lol er af. Maar zelfs voor mensen met een olifantengeheugen, wordt het met 5 of meer spelers echt moeilijk. Moeilijk in positieve zin: That’s not a hat wordt er alleen maar leuker door!